Er was eens een tweeling, twee jongens, die opgeroeide in een gezin met een ontspoorde vader.
De vader was crimineel, hij pleegde overvallen en diefstallen. Hierdoor zat hij gedurende hun kindertijd veel in de gevangenis.
Beide broers werden opgevoed hoofdzakelijk door hun moeder en vader op de momenten dat hij thuis was.
Een van de broers maakte iets van zijn leven en werd een succesvol ondernemer met een leuk gezin.
De andere broer maakte een puinhoop van zijn leven. Altijd een geld tekort en hij was de criminele kant op gegaan net als zijn vader.
Op latere leeftijd heeft men beide broers geïnterviewd over hun leven op dat moment.
Op de vraag waarom ze gekozen hadden voor het leven dat ze nu leiden, gaf de succesvolle broer aan:
Wat wil je met zo vader?
Ik zag hoe mijn vader het verziekte, er bijna nooit voor ons was. Ik wilde niet zo eindigen als hem en heb daarom er alles aan gedaan om op een eerlijke manier succesvol te worden.
Eerlijkheid duurt het langst was zijn overtuiging.
De andere broer gaf aan. Wat wil je met zo’n vader?
Mijn vader heeft mij laten zien hoe je snel aan geld kan komen en ik heb nooit anders geleerd. Hij nam het patroon van zijn vader over. Hij dacht dit de enige manier was om aan veel geld te komen. Je gaat nooit rijk worden door eerlijk te zijn was zijn overtuiging.
Het is vaak niet de situatie die bepaald hoe succesvol een ondernemer is maar hoe je omgaat met de situatie.